וְהָי֞וּ הַדְּבָרִ֣ים הָאֵ֗לֶּה אֲשֶׁ֨ר אָֽנֹכִ֧י מְצַוְּךָ֛ הַיּ֖וֹם עַל־לְבָבֶֽךָ: וְשִׁנַּנְתָּ֣ם לְבָנֶ֔יךָ וְדִבַּרְתָּ֖ בָּ֑ם בְּשִׁבְתְּךָ֤ בְּבֵיתֶ֨ךָ֙ וּבְלֶכְתְּךָ֣ בַדֶּ֔רֶךְ וּבְשָׁכְבְּךָ֖ וּבְקוּמֶֽךָ: וּקְשַׁרְתָּ֥ם לְא֖וֹת עַל־יָדֶ֑ךָ וְהָי֥וּ לְטֹֽטָפֹ֖ת בֵּ֥ין עֵינֶֽיךָ: וּכְתַבְתָּ֛ם עַל־מְזֻז֥וֹת בֵּיתֶ֖ךָ וּבִשְׁעָרֶֽיךָ:
Deze woorden, die ik u heden gebied, moeten in uw hart zijn. U moet ze uw kinderen inprenten en erover spreken, als u in uw huis zit en als u over de weg gaat, als u neerligt en als u opstaat. U moet ze als een teken op uw hand binden en ze moeten als een voorhoofdsband tussen uw ogen zijn. U moet ze op de deurposten van uw huis en op uw poorten schrijven.
Devariem 6:6-9
In het Toragedeelte van deze week lezen we het vervolg van de preek van Mozes waarin hij de kinderen van Israël alles in herinnering brengt wat HaSjem heeft gedaan. In dit gedeelte lezen we hoe HaSjem aan Israël het Sjema en de Dibraja, de 10 Geboden, geeft.
Iedereen is bekend met deze geboden. We begrijpen dat de Dibraja niet alleen maar geboden zijn, maar categorieën geboden die verder zijn uitgewerkt in de Tora. Moderne theologen stellen dat de Tora twee typen geboden bevat; ethische geboden en ceremoniële geboden. Beide typen geboden vinden we terug in het Sjema en de daarop volgende verzen.
Dit concept van ethische versus ceremoniële geboden heeft ertoe geleid dat men HaSjem en de mitzwot niet goed begrijpt. Het ‘moderne’ idee is, dat we de ethische geboden in ere moeten houden en dat de ceremoniële geboden verouderd zijn en niet meer gelden. We vinden dit concept echter nergens in de tekst. Het idee komt voort uit een poging het Jodendom te moderniseren en relevanter te maken voor de hedendaagse wereld. Deze poging is echter zeer misplaatst.
Zijn ethische geboden belangrijk en ceremoniële geboden onbelangrijk? Is het wijs om een kunstmatige scheiding aan te brengen tussen de twee soorten geboden? Nu we in de 21e eeuw leven, hoeven we Bijbelse mythologie toch niet meer serieus te nemen? Zijn ceremoniële geboden niet gewoon ouderwetse tradities van vroeger? Daarin ligt het probleem.
Als we geloven dat het geen probleem is om de geboden naar onze eigen hand te zetten, dat bepaalde geboden belangrijk zijn en andere niet belangrijk, dan vinden we het misschien ook geen probleem om alle geboden overboord te gooien. Het zou geen probleem moeten zijn om alle geboden overboord te gooien, behalve twee; HaSjem liefhebben en je naaste liefhebben. Maar het wegdoen van geboden gaat in tegen alles wat HaSjem en de Dibraja ons leert. Jesjoea is in zijn onderwijs zeer consistent dat alle 613 geboden even belangrijk zijn. Als je Mij liefhebt, onderhoud je Mijn geboden.” “Niet een jota of tittel gaat voorbij.” “Ik ben niet gekomen om de geboden af te schaffen…” De boodschap is simpel en consistent; alle geboden zijn geldig en belangrijk. Dus het is niet logisch om de geboden te verdelen in categorieën van ethische en ceremoniële geboden. Beide soorten geboden zijn even geldig en belangrijk.
Iedereen begrijpt de waarde en het belang van ethische geboden. “Je zult niet doodslaan” is een goed idee en makkelijk te begrijpen. Maar wat is het doel van ceremoniële geboden? Waarom staan ze eigenlijk in de Tora? Het antwoord is, dat ze in de Tora staan omwille van ons. In het Sjema leren we dat we de geboden voortdurend moeten onderwijzen aan onze kinderen. We moeten ze als een teken op onze hand binden. We moeten ze als een voorhoofdband tussen onze ogen dragen. We moeten ze op de deurposten van ons huis en op onze poorten schrijven. Dat zijn zonder twijfel ceremoniële geboden. Maar deze geboden zijn nauw verbonden met het gebod om onze kinderen te onderwijzen. Daarin ligt het doel van de ceremoniële geboden. Ze maken ons bewust van God. Als we de ceremoniële geboden doen, dan denken we aan HaSjem. Daar kun je niet omheen. Elk ceremoniële gebod dat we doen, is iets dat we niet zouden doen als we niet aan HaSjem denken. Als we dagelijks en in de seizoenen gehoor geven aan de ceremoniële geboden, worden we bewuster van God en worden we eraan herinnerd dat we onze kinderen moeten onderwijzen. Elk ceremoniële gebod helpt ons, en onze kinderen en elke andere getuige, om aan HaSjem te denken. Als we de ceremoniële geboden doen, wordt de wereld zich bewuster van God. Daarom is Israël niet alleen via de ethische geboden, maar ook via de ceremoniële geboden licht voor de wereld is. Sjabbat sjalom.